Hestabv Multiclips NVVR Paardenevenementen.nl Nieuws R&M Prubo Vermeeren TopoGPS

Paarden en hun onvermijdelijk stekende belagers

R&M 15 mei 2019

Het is in het voorjaar en zomer heerlijk om lekker de natuur in te trekken. Echter, dazen kunnen zo'n uitstapje voor wandelaars of paardrijders aardig verpesten. Dazen zijn, zeker bij warm, drukkend weer ronduit agressief en bloeddorstig. Ze komen af op koolstofdioxide, geur, warmte en beweging. 

Met wel honderden tegelijk kunnen ze de aanval inzetten, waarbij ze je soms over lange afstand achtervolgen en bijten zodra ze op jou of je paard landen.  Om toch te kunnen genieten van je paardenrit is het dus zaak om voordat je op pad gaat, enige voorzorgsmaatregelen te treffen.

Maar wat zijn nu dazen? 

Dazen (Tabanidae) zijn een familie van bloedzuigende insecten die behoren tot de orde der tweevleugeligen. Er komen in Nederland en België enkele tientallen soorten voor waarvan sommige serieuze overlast veroorzaken zoals de runderdaas, goudoogdaas en de veel voorkomende regendaas. Afhankelijk van de streek is de daas bekend onder een andere namen zoals bv. bouw, bremster, daps, blinde daas, blinde mug of dazerik. 

 ©entomart 

Voortplanting 

Het zijn de vrouwelijke dazen die het op ruiters en vooral hun paarden voorzien hebben. De mannelijke dazen leven uitsluitend van nectar en vormen geen overlast. Na de paring heeft mevrouw daas namelijk een bloedige maaltijd nodig om de eitjes in haar lichaam te laten volgroeien. Honderden eitjes tegelijk worden op planten afgezet die groeien op een vochtige standplaats zoals natte weilanden, vochtige bosranden, natte heide of slootranden. Dit is omdat de jonge larven direct na het uitkomen water nodig hebben om te overleven. Afhankelijk van de weersomstandigheden komen de eitjes na enkele dagen of soms pas na weken uit. De larven doorlopen diverse stadia alvorens ze zich, uitsluitend bij gunstige omstandigheden, te ontpoppen tot daas. De larven kunnen bij ongunstige leefomstandigheden overleven in een soort zomerslaap tot beter tijden aanbreken. Eenmaal tot volwassen insect verpopt, rest de daas nog zo’n 6 weken om zich voort te planten.  

Bij gunstige omstandigheden, warm  met hoge luchtvochtigheid (broeierig weer) kan van de ene op de andere dag plaatselijk een ware dazenplaag ontstaan. 

Beschermende kleding en dazendekens 

Veel wat minder ervaren ruiters die op een warme dag op bosrit gaan, maken vaak een niet geheel doordachte kledingkeuze die hun rit tot een ware hel kan maken. 

Veelal gaat men op pad in strakke, dunne, t-shirts. Liefst met korte mouwen of zelfs mouwloos en in dunne rij-of kortebroek, want dat is lekker luchtig en het moet toch ook wel modieus.

In zo’n outfit ben je echter een hapklare brok voor de zwangere dazen. Dazen steken immers niet, maar knippen met hun specifieke zaagtanden dwars door de huid. Daarbij komt speeksel in de wond dat ervoor zorgt dat het bloed niet stolt en makkelijk op te zuigen is. Dit speeksel zorgt voor grote zwellingen en de hevige jeuk. Door haar krachtige zaagbek is het geen enkel probleem voor de daas om ook dwars door kleding heen te bijten.

Daarom raden wij ruiters, menners en wandelaars aan om tijdens het dazenseizoen altijd beschermende kleding te dragen. Los zittende blouses zijn ideaal omdat de daas niet tot de huid kan doordringen. Denk daarbij aan kleding van steviger materiaal zoals bv. spijkerbroeken en hemden met lange mouw en kraag. Kies bij voorkeur voor lichte kleuren, want schijnen dol te zijn op donkere tinten. 

Bescherming voor het paard

Om je paard tijden de rit te beschermen tegen vliegen, muggen en dazen zijn er in de handel allerhande uitrijdekens. Er is keuze uit geschikte dekens voor aanspannigen en Engelse-of westernzadels. 

Omdat paarden sneller last hebben van oververhitting dan mensen, is het zaak goed te letten op de kwaliteit van het materiaal van de deken, de kleur en luchtdoorlatendheid. Een deken met halsstuk zorgt voor meer bescherming, maar ook voor minder afkoeling. Vliegendekens met grote mazen bieden echter maar heel beperkt bescherming tegen dazen. Kies bij voorkeur voor een lichte kleur deken, want donkere kleuren houden meer warmte vast.

Dazen-werende of bestrijdende middelen

Deze zijn niet of nauwelijks effectief, omdat dazen vooral aangetrokken worden door donkere kleuren, warmte, zweet en beweging. De geuren van bestrijdingsmiddelen schrikt ze amper af omdat de geur van het paard wanneer het gaat zweten al snel overheerst. Omdat dazenoverlast altijd gepaard gaat aan warm of drukkend weer zal de zweetgeur van het paard altijd overheersen. Alle smeersels, sprays, of lotions werken dus maar voor een heel korte tijd. Bestrijdingsmiddelen op basis van gif zoals bv. pyrethrinen en piperonylbutoxide zijn als bestrijding tegen dazen af te raden, omdat de daas er niet door weerhouden wordt te bijten. De daas krijgt echter wel het gif binnen, wat mogelijk een gevaar oplevert voor dieren die dazen op het menu hebben. Iets dat we zeker niet willen want dat resulteert uiteindelijk in nog meer dazen.

Dazenvallen om de buitenrijbaan of bij weides zijn wel effectief. Pas op met plakmiddelen die dazen vangen. Deze vormen een gevaar voor nuttige insecten en ook vogels. 

Ziekteoverbrenger 

Dazen kunnen bij paarden in sommige gevallen zorgen voor overdracht van vector-gebonden ziekte zoals moeraskoorts (EIA) en miltvuur.

Ook kunnen ze bacteriële infecties overbrengen. Gelukkig zijn deze goed te behandelen met antibiotica en ontstekingsremmers.  

Dazen worden ten onrechte verward met horzels, paarden-en hertenluisvlieg en hoornaars  

 

De hoornaar behoort tot de echte wespen en is de grootste in Nederland voorkomende wesp met een lengte van 3,5 cm. De hoornaar vertoont geen typisch agressief gedraag naar paarden of mensen noch legt hij eitjes erop zoals de horzel wel doet.   

De Hertenluisvliegen ook wel hertenluis, paardenluis of paardenluisvlieg genoemd, zijn kleine bloedzuigende insecten die zowel op zoogdieren als op vogels voorkomen. Een volwassen hertenluisvlieg is zo'n 3-5 mm lang. Aan de pootjes zitten klauwtjes waarmee het zich kan vastklampen aan de haren van de gastheer. Ze kunnen zeer snel lopen, zowel voorwaarts, zijwaarts als achterwaarts. Het vrouwtje is levendbarend en baart reeds verpoppingsrijpe larven. De larven worden afgezet op de huid van reeën, herten of op de bodem. In de maanden september/oktober ontpoppen zij zich tot volwassen gevleugelde dieren die vliegend op zoek gaan naar een geschikte gastheer. Zodra de parasiet deze gevonden heeft, vallen de vleugels af en lijkt de vlieg meer op een soort luis. Luisvliegen verkiezen de warme, weke delen van het paard zoals de liezen, staart, anus, koker ef uier om te vertoeven. Die delen uit voorzorg insmeren met vaseline kan helpen omdat de luis dan geen grip heeft. Vacht-en manenlotions zouden tevens kunnen zorgen dat de grip van de klauwtjes verminderd. Om de razendsnelle parasieten te vangen zou het helpen om ze te sprayen met alcohol wat ze even verdoofd, waarna je ze kunt vangen. Het gebruik van duct-tape zou daarbij goed helpen. Door het harde pantser van de dieren zijn ze moeilijk dood te drukken. Paarden kunnen soms zeer angstig reageren op de belager, maar wanneer ze er vaker aan worden blootgesteld treed meestal wel een vorm van gewenning op.   

Horzels Er zijn diverse soorten horzels, die zich ieder hebben gespecialiseerd op hun favoriete gastheer. Zo zijn er schapenhorzels, reeënhorzel, edelherthorzel, runderhorzel en natuurlijk de paardenhorzel. Horzels kunnen in tegenstelling tot dazen niet bijten. Daarnaast ontwikkelen de larven van horzels zich in het lichaam van hun levende gastheer, terwijl de larven van dazen leven in vochtige grond. 

De paardenhorzel (Gasterophilus intestinalis) is een insect behorende tot de orde van de Diptera (tweevleugeligen) dat als larve parasiteert op levende paarden. 

In het voorjaar 2018 en 2019 waren er uitzonderlijk vroeg al horzels. De volwassen horzel legt normaal gesproken pas in de zomermaanden eitjes op de onderbenen en in de manen en hals van paarden. De eitjes zijn te herkennen als kleine gele puntjes in de beharing. Deze worden opgelikt door het paard en komen vervolgens als larven uit. Ze leven eerst in het mondslijmvlies en belanden na een aantal weken in de paardenmaag. Daar hechten ze zich aan de maagwand om aan het begin van het volgende warme seizoen met de mest te worden uitgescheiden. De larven kruipen vanuit de mest in de aarde, verpoppen een aantal keren en worden dan een volwassen horzel. Een volwassen horzel heeft zo'n drie weken de tijd om zich voort te planten voordat zij sterft. Paarden reageren vaak angstig op het harde zoemende geluid dat horzels maken. Sommige paarden kunnen er zelfs van in paniek raken.  

Bron: R&M 




Nieuws

Alle nieuwsitems

Participatiebijeenkomst Maashorst 14 maart
Lees meer >

Bezorgde ruiters en menners tegen besluit gemeente Almere en Staatsbosbeheer
Lees meer >

Ruiterpad over de Benderse in het Dwingelderveld afgesloten
Lees meer >

Twitter Volg ons op twitter




Stichting Ruiteren & Mennen in Nederland © 2024 Design by Medusa